“en zij riep met luide stem en zei: Gezegend ben je onder de vrouwen en gezegend is de vrucht van je buik.” (Lukas 1:42)
Meditatie door geestelijk verzorger Andres Peters
Maria is na het bezoek van de engel Gabriël direct opgestaan en afgereisd naar haar nicht Elizabeth. Deze reis van Maria is een onderdeel van het grote verhaal van advent, dat Lukas ons vertelt in de eerste hoofdstukken van zijn evangelie. De engel had wel gesproken over het wonder in het leven van Zacharias en Elizabeth. Zij zouden in hun ouderdom nog een kindje krijgen. Gabriël geeft Maria nergens de opdracht om naar hen toe te gaan. Maria voelt aan dat ze moet gaan en wel direct. Waarom gaat ze naar haar nicht? Wat is er nu zo belangrijk om zelfs met haast naar het bergland af te reizen?
Maria heeft behoefte om over de dingen te praten die in haar leven gebeurd zijn en Elizabeth niet minder. Ze moet praten over wat God gedaan heeft en zal gaan doen. Maar met wie kan ze daar over praten? Met de mensen uit haar dorp niet. Met haar man Jozef ook niet. Hij zal het nog niet begrijpen. Voor Elizabeth gold hetzelfde. Met wie kon zij spreken over het grote wonder in haar leven? Zelfs met haar man Zacharias niet. Hij kon niets terugzeggen, vanwege de straf op zijn ongeloof. Deze vrouwen zoeken elkaar op, omdat God hen beiden had opgezocht. De Heere had hen uitgekozen om een schakel te zijn in Zijn heilsplan.
Zo gebeurt het, dat in een stad van Juda, twee vrouwen bij elkaar staan. En Maria weet van Elizabeth dat ze zwanger is. Gabriël had het haar gezegd. En ze ziet het nu met eigen ogen aan de dikke buik. Geen ding zal bij God onmogelijk zijn. Weet Elizabeth het ook van Maria? Weet Elizabeth dat Maria zwanger is? De engel had tegen Zacharias niets over Maria gezegd. En aan haar buik was ook nog niks te zien. Weet Maria het zelf eigenlijk al zeker?
Ze geloofde de woorden van de engel, maar het was misschien hooguit een week geleden dat hij haar had verteld dat ze zwanger zou worden uit de Heilige Geest. Er was nog niets te zien aan Maria’s buik en nog niks te voelen in haar buik. Ze krijgen een antwoord. Wanneer Maria haar groet uitspreekt tot haar nicht, dan gebeurt er iets onvoorstelbaars in de buik van Elizabeth. Het kindje springt op. Johannes beweegt plotseling zo hevig en dat is niet zomaar een gewone draaibeweging of een armpje of een beentje dat uitschiet. Het is een onnatuurlijke beweging en je zou willen dat je er een echo van kon maken om te zien wat daar vanbinnen op dat moment gebeurt. De groet van Maria brengt een kettingreactie te weeg. Door de groet huppelt Johannes, en ook Elizabeth wordt vervuld met de Heilige Geest en ze zingt het uit in een lofzang.
Een vrouw die zich vijf maanden verborgen heeft gehouden, is uit haar verborgenheid tevoorschijn gekomen door de groet van Maria. Dankzij de Heilige Geest, waarmee ze vervuld wordt, weet ze dat het gehuppel van haar kind een teken is. Een bewijs, dat daar voor haar staat een gezegende vrouw, die een gezegende vrucht draagt in haar buik. Elizabeth zegent eerst Maria en vervolgens de vrucht in haar buik. Wij weten nu dus, wat we nog niet zeker wisten, dat Maria op dit moment inderdaad zwanger is van het kindeke Jezus.
Het wordt voor Elizabeth Kerstfeest en Pinksterfeest nog voordat de Kerstnacht is aangebroken. Ze kan maar één ding doen en dat is zingen, de lofzang van Elizabeth. "Gezegend zijt gij onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van uw buik". Klinkt dit niet bekend? Ja, inderdaad, de woorden die Elizabeth gebruikt zijn bijna dezelfde woorden die de engel Gabriël gesproken had tot Maria.
Elizabeth is niet jaloers. Ze beseft heel goed, dat het kindje dat Maria draagt veel hoger is dan het kindje dat zij mag dragen. Ze staan bij elkaar. Beide vrouwen zijn zwanger. Mijn buik en jouw buik. Een mensje van een week en een mensje van 24 weken. Jezus en Johannes. De Koning en de heraut van de Koning. De Bruidegom en de vriend van de Bruidegom. Elizabeth erkent de meerdere positie van Maria. Bij Jezus moet ze zijn. Daar vindt een mens ware vreugde, vrede en heil. Johannes is daar nu in de buik van zijn moeder al blij om, en hij verheugt zich al vóór zijn geboorte vanwege Jezus die komen zal. En die blijdschap is hem bijgebleven, zijn leven lang.
Elizabeth is verrast en verwonderd. Ze zegt: “Waaraan heb ik dit te danken?” De Zaligmaker is het geschenk van Gods welbehagen. Hoort u de verwondering en de blijdschap? Herkennen we daar ook iets van in ons eigen leven? Hij komt ‘tot mij’! Dat is het evangelie van Gods genade wat in de tijd van advent mag klinken. Alle hoop, troost en zaligheid ligt opgesloten in die twee woorden: tot mij! Zingt u de lofzang mee met Elizabeth?
“Kom laten wij aanbidden die Koning”.